Een training voorbereiden lijkt heel simpel. Maar om een goede voetbaltraining te leiden dien je deze gedegen voor te bereiden.

Wat ga je trainen?

Allereerst natuurlijk de vraag: wat ga je trainen? Bij het stellen van deze vraag krijg hoor ik vaak de wereld aan algemeenheden. Zorg ervoor dat het accent wat je wilt trainen zo volledig en specifiek mogelijk geformuleerd is.

Dit is belangrijk, want als dit niet helder genoeg voor jou als trainer is, zal het bij je elftal nog onduidelijker zijn waardoor het resultaat uiteindelijk minder groot is dan gehoopt.

Ga je aanvallen, verdedigen of omschakelen trainen? Het beantwoorden van deze vraag maakt je trainingsaccent al een stuk duidelijker. Uiteraard nog niet specifiek genoeg. Het gebruiken van de vijf W’s is eenvoudig te gebruiken voor een specifiek trainingsaccent.

Waar staan de 5 W’s voor?

1. Wat willen we in relatie tot wat het moet opleveren?
2. Waar op het veld vindt het plaats?
3. Wie zijn de hoofdrolspelers?
4. Wanneer vindt het plaats?
5. Welke rol speelt de tegenpartij?

Een voorbeeld:

Het verbeteren van de samenwerking tussen de middenvelders en de centrale aanvaller (punt 3), om de opbouw van de tegenstander te verstoren zodra een centrale verdediger (punt 4) van de tegenstander de bal in bezit heeft (punt 5), rond de cirkel op de helft van tegenstander (punt 2). Er moet direct druk worden gezet op de bal, waarbij de rest van het team moet anticiperen door te kantelen en de linies kort op elkaar te houden (punt 1).

Zorg voor voetbal echte oefeningen

Voetbal is een lastige sport om te beoefenen. De bal ligt altijd vrij en je hebt te maken met tegenstanders en verschillende ruimtes. Veel trainers kiezen voor stilstaande situaties zonder de weerstand van een tegenstander of verschillende ruimtes. Het is belangrijk om naar situaties te gaan waarin alle weerstanden van pas komen (bal, tegenstander, ruimte).

Het aannemen van een bal zonder tegenstander in een grote ruimte geeft iets heel anders weer dan het aannemen van een bal met tegenstander waarin ruimtes verschillen.

Dit is heel makkelijk te organiseren en toepasbaar op elk niveau: mocht je de oefening makkelijker of moeilijker willen maken. Speel dan met het aantal mensen en de ruimtes.

Le- ervaren

Als je resultaat wilt boeken is het belangrijk om spelers vaak in een bepaalde situatie te laten komen. Door vaak in dezelfde situatie te komen, gaan ze herkennen wat er gebeurt waarna ze vervolgens de gewenste actie kunnen uitvoeren.

Leren door te ervaren (le-ervaren) is de meest effectieve manier van leren. Hier zijn twee varianten in, namelijk: impliciet leren en expliciet leren. Het verschil is eenvoudig.

Impliciet leren

Bij impliciet leren wordt er geleerd zonder dat men weet wat er geleerd is. Platgezegd passen de spelers zich aan, aan de gecreëerde situatie.

Een voorbeeld: als je wilt dat je spelers het veld heel groot houden bij balbezit, dan zou je een heel klein veld kunnen uitzetten. Spelers zullen ervaren dat het heel druk is en gaan opzoek naar ruimte. Dit is te verkrijgen door het veld zo groot mogelijk te maken.

Als je de spelers impliciet wilt laten leren, zal je situaties moeten creëren die spelers zelf (zonder jouw coaching) kunnen oplossen.

Expliciet leren

Expliciet leren is eigenlijk het tegenovergestelde. Bewust en bedoeld iets leren. Je benadering is hierbij heel anders dan wanneer je jouw elftal impliciet iets wilt leren.

Hou het bij je accent

Stop met van alles roepen. Je hebt een hartstikke moeilijke taak, namelijk volwassen en/of jongeren iets leren. Dit kost tijd en verdient alle aandacht. Je ziet veel trainers die alles noemen in één training: van aanvallen tot opbouwen en van gegenpressing tot omschakelen.

Het is raadzaam om het bij je accent te houden, dan haal je veel meer resultaat. Niet te veel, elke kleine vorm van vooruitgang is een enorme stap vooruit.

Zorg voor actie

Een traditioneel voorbeeld is de enorme rij bij de meest eenvoudige afwerkvorm. De trainer staat op rand zestien, de spelers spelen hem in, de trainer kaatst en de speler schiet. Vijftien mensen die bijna vier minuten moeten wachten op het uitvoeren van een voetbalhandeling die nog geen vijftien seconden duurt.

Een eenvoudige oplossing voor bovenstaand probleem zou kunnen zijn:

• Laat de spelers kaatsen (in plaats van de trainer)
• Maak er twee of drie rijen van

Spelers vinden het leuk om de voetbalsport te beoefenen. Gun ze de kans om zoveel mogelijk voetbalhandelingen uit te voeren. Daarnaast is het ook zo dat ze hier het meest van leren waardoor jij als trainer je doel eerder bereikt.